Zaterdagavond zat ik op de bank bij mijn ouders in Heerhugowaard, samen met mijn moeder na te denken over welke kerk ik die zondag zou bezoeken. Zij kwam met de fantastische suggestie van de Jehovah’s Getuigen – daar had ik in al deze weken nog niet eens aan gedacht! Al pratend kwamen we tot de conclusie dat we slechts het volgende wisten over de Jehovah’s: 1) het is een vorm van Christendom, 2) ze gaan langs de deuren, en 3) ze vieren geen feest – of in ieder geval geen verjaardagen.
Op het www vond ik een lokale gemeenschap en zo stond ik op zondag 10 uur bij de Koninkrijkszaal te Heerhugowaard. Wat nu volgt is een paar minuten van constant handen schudden; iedereen groet me en ik schud binnen twee minuten zeker 10 handen. Dan komt Mandy binnenlopen. Ook zij en haar man stellen zich aan me voor en ik vertel dat ik 10 weken bij verschillende kerken langs ga. Ze bied aan me rond te leiden en na een korte tour door het gebouw mag ik plaatsnemen naast haar en haar man in de grote zaal, waar zich al zo’n 80 – 100 mensen hebben verzameld. Het valt me op dat ik de enige vrouw ben die geen rok aanheeft en val met mijn legging en grote trui behoorlijk uit de toon, maar gelukkig lijkt dat niemand wat uit te maken.
Mandy vertelt dat ze met de Jehovah’s Getuigen is opgegroeid, maar zelf ook veel onderzoek heeft gedaan over bijvoorbeeld de evolutie en het geloof van de Jehovah’s Getuigen en uiteindelijk bewust voor haar religie koos. We bespreken kort een aantal zaken die ik had gelezen – zoals dat de Jehovah’s Getuigen niet in een hel geloven waarin mensen worden gemarteld. God is barmhartig en liefdevol, tenslotte, en ik ben blij dat blijkbaar niet alle takken van Christendom in de hypocrisie geloven van een God die liefheeft maar tegelijkertijd mensen op die manier zou straffen.
Ze vertelt dat Jehovah’s Getuigen de Bijbel letterlijk nemen, zo vrij mogelijk van interpretatie. Als voorbeeld noemt ze het gebod ‘Gij zult niet doden’ (hoe kan je ook anders dan dat letterlijk nemen?*). Als gevolg hiervan zijn zij anti-leger en weigeren Jehovah’s Getuigen wereldwijd om in dienst te gaan, met als resultaat dat in onder andere Zuid-Korea, Eritrea en Singapore gelovigen gevangen zitten omdat zij weigeren in het leger te dienen. Wat het meeste indruk op me maakt is wat ze hierna zegt, kijkend naar een oude man die een rij voor ons zit: “Die man heeft zeker 20 jaar vastgezeten in Nederland, omdat hij weigerde in het leger te dienen.” Gevangenisstraf omdat je niet wilt doden. Wat een wereld…
Afijn, genoeg gepraat, want de dienst gaat beginnen. De dienst begint met een mooi melodieus lied en ik betrap het publiek op geen enkele valse noot. Een meneer achter mij verzorgt zelfs een aangename tweede stem. Het publiek is overigens zeer divers*: ik zie witte, Indische en Afro-Nederlanders en alle leeftijden zijn vertegenwoordigd. Na het lied betreedt een man in een rolstoel het podium, die het volgende half uur het woord tot de zaal zal richten. Mandy licht toe dat iedere week iemand anders de kans krijgt de wekelijkse ‘preek’ te doen.
Met de Bijbel in de hand geeft de man een interactieve speech over vreugde en angst. Hij haalt hiervoor diverse Bijbelteksten aan, zoals 1 Thessalonicenzen 5:16 Verheugt u altijd. Bij ieder genoemd vers of psalm bladeren de aanwezigen mee in de meegebrachte eigen Bijbels. Tot mijn verrassing zie ik meerdere eReaders waarop de Bijbel wordt gelezen en geamuseerd kijk ik toe hoe mijn buurvrouw op haar iPad met een paar snelle screentouches de teksten voor zich heeft.
Weetje: Jehovah is de naam die de Jehovah’s Getuigen voor God gebruiken. In de Hebreeuwse Bijbel is de lettercombinatie JHVH de naam van God. Door de toevoeging van klinkers hebben de Jehovah’s Getuigen aan God een soort ‘voornaam’ gegeven.
Hij vertelt verder over hoe je vreugde kunt vinden en doet zelfs een kleine gimmick met een ballon om zijn verhaal kracht bij te zetten. Vreugde, zegt hij, is als de ballon in zijn hand. Elke adem die je in de ballon blaast, maakt de ballon – je vreugde – iets groter. Die adem is symbool voor bijvoorbeeld de mensen om je heen (de Jehovah’s noemen elkaar broeders en zusters), dingen die je leert (geestelijke schatten boven materieele schatten) en het pionieren (het langs de deuren gaan om ‘de waarheid’ te delen). Een ballon loopt echter altijd langzaam leeg, en daarom moet je je vreugde blijven voeden, zegt hij. Het is een prima gekozen metafoor voor geluk.
Als laatst komen twee verzen aan bod. De eerste is afkomstig uit Hebreeën 10, en leest: En laat ons onze onderlinge bijeenkomst niet nalaten, gelijk sommigen de gewoonte hebben, maar elkander vermanen; en dat zoveel te meer, als gij ziet, dat de dag nadert. Hij sluit af met een iets vrolijkere noot met Nehemia 8:10 Wees niet bedroefd, want de vreugde die de Heer u geeft, is uw kracht.
Die naderende dag, denk ik, dat moet haast wel de ‘Dag des Oordeels’ zijn. Thuis zoek ik op wat er precies op die dag zou gebeuren:
De Dag des Oordeels volgens de Jehovah’s is NIET een dag waarop de mensheid beoordeeld wordt op basis van vroegere daden, en ofwel in het Paradijs terechtkomt, ofwel eeuwige gemarteld wordt in het hellevuur. Gelukkig maar. Wat het wél is, is een dag waarop Jezus miljarden doden weer tot leven laat komen. Iedereen krijgt nu de kans om van God te leren, en zij die gestorven zijn zonder God ooit te kennen krijgen nu een tweede kans. Aan het einde van de Dag des Oordeels – die duizend jaar duurt! – zal Jehovah ervoor gezorgd hebben dat de gehoorzame mens weer volmaakt is, zoals deze ooit bedoeld is (Adam en Eva voor de zondeval). De mensen die hierbuiten vallen, gaan niet naar een hel maar naar een niets. Zij zullen – zo interpreteer ik het – simpelweg ophouden te bestaan. Beide opties klinken mij prima in de oren.
Na de speech wordt er wederom een kort lied gezongen, en twee oudere heren betreden het podium. De Wachttoren – het weekblad van de Jehovah’s Getuigen – wordt erbij gepakt en hieruit wordt een tekst voorgelezen waar na iedere alinea een of twee vragen worden gesteld over de inhoud. Een van de mannen leest steeds de alinea voor, de ander begeleidt het vraag-antwoord gesprek met de kerkgangers; iedereen krijgt namelijk de kans om zijn/haar persoonlijke antwoord op de vragen te geven. De meeste aanwezigen – inclusief de kinderen – laten bij een of meerdere vragen van zich horen.
Dan is het einde van de dienst daar, en ook nu schud ik weer vele nieuwe handen. Mandy moest vroeg weg, dus ik praat nog even na met mijn andere buurvrouw Angelique en met diverse andere kerkgangers die even langs komen lopen waar wij zitten. Na een minuut op 15 besluit ik dat ik genoeg weet en ga ik – na meerdere opmerkingen in de trant van ‘hopelijk tot ziens!’ – terug naar mijn ouderlijk huis. “En, hoe was het?” vraagt mijn papa, die in de keuken alvast het avondeten staat te maken. Ik antwoord dat het best leuk was. Dat het hele aardige mensen waren, ze best een paar goede ideeën hebben, en dat het een toegankelijke, interactieve dienst was.
Onenigheden** daargelaten, ik ben blij dat ik nu meer weet over de Jehovah’s dan die drie punten uit de eerste alinea. Ik zou jullie van harte willen aanbevelen om – de volgende keer dat er iemand bij jouw deur staat – ze eens te trakteren op een kopje koffie of thee.
Devika
*Gij zult niet doden wordt dan wel letterlijk genomen, het gaat helaas alleen op voor mensen. Dieren worden wel gedood.
**De enigen die waarschijnlijk in dit diverse kerkpubliek ontbreken zijn homoseksuelen. Jehovah’s Getuigen geloven dat homoseksualiteit een zonde is, waar God je overigens wel van kan vergeven mits je je seksuele geaardheid niet in de praktijk brengt.
Leave a Comment